Een goedkoop leesbrilletje of eentje van de opticien?

Miljoenen mensen dragen goedkope leesbrilletjes van de Hema of de drogist. Hoeveel slechter zijn die nu eigenlijk voor je ogen dan een exemplaar dat speciaal voor jou geslepen wordt?

Minstens zes leesbrillen wisselen elkaar af op mijn neus. Er woont er eentje permanent in de badkamer, er ligt er eentje op het nachtkastje, eentje bij de tv, en er zwerven er drie over mijn werktafel. Ooit ben ik begonnen met een peperdure bril van haast 1000 gulden. Krankzinnig natuurlijk, ik geloof dat ik dacht dat kwaliteit per se duur moest zijn. Daar kwam ik na een paar jaar van terug toen de eerste krasjes op de glazen kwamen en de reparatie ook weer te duur dreigde te worden. Weg ermee. En op een holletje naar de Hema voor een goedkope leesbril. Doet u er maar twee! Goedkope brilletjes vind je echt overal, in supermarkten, drogisterijen, boekwinkels, op de markt en in warenhuizen. Maar hoe goed zijn ze eigenlijk? Ik testte er vijf, allemaal sterkte + 2,5 en moet eerlijk zeggen dat ik ze eigenlijk allemaal wel oké vind. Toen bedacht ik me dat ik natuurlijk eigenlijk heel onprofessioneel maar wat uitprobeer als ik een bril koop. Was tien jaar geleden +1 prima, een paar jaar later vond ik dat ik echt +2 nodig had en nu leest +2,5 het lekkerst. Maar ik heb m’n ogen sinds die dure, eerste bril nooit meer laten testen. Tijd voor een oogmeting dus. En deskundig advies van de opticien. Hij bekijkt mijn vijf brillen zorgvuldig en checkt de stevigheid van de monturen. ‘Je kunt ervan uitgaan dat bij dit soort goedkope brillen de aangegeven sterkte ongeveer wel klopt’, zegt hij. ‘Maar het probleem is dat dit geen geslepen glazen zijn, maar ‘glazen’ die zijn gemaakt van geperst plastic. En alleen als brillenglazen ragfijn geslepen zijn, hebben de glazen overal dezelfde sterkte. Geperst plastic kan in het midden een sterkte hebben van +2 en aan de zijkant +1,5.’ Dat wil volgens hem niet meteen zeggen dat je daar dan vreselijk last van zal hebben. Misschien kun jij er prima mee lezen, maar je vriendin die óók +2 heeft en precies hetzelfde exemplaar koopt, vindt het misschien helemaal geen fijne bril en krijgt er zelfs een beetje hoofdpijn van. Dat komt doordat elk mens verschilt en bijna niemand een paar ogen heeft met precies dezelfde afwijking. Je moet geluk hebben met het kiezen van zo’n brilletje, ze worden te willekeurig gemaakt. De opticien zegt: ‘Kijk, dit soort brillen zijn prima voor nood, als je bijvoorbeeld je bril bent vergeten en in een restaurant de menukaart moet lezen. Wil je echt een goede bril, dan moet je allereerst je ogen laten meten. Je kunt wel denken: ik kan prima lezen met een bril van +2,5, maar misschien is ie wel te sterk voor je en dan maak je je ogen lui en gaan ze sneller achteruit.’ Bij een oogtest wordt onder andere de Pupil Distance gemeten. Die afstand wordt gemeten tussen het midden van beide brillenglazen, en is gemiddeld 62 millimeter. De opticien kijkt naar mijn brillen. ‘De pupilafstand bij deze goedkope types is altijd foute boel’, zegt hij.

Dikke onvoldoende voor het goedkope brilletje
Hoewel mijn opticien dus vindt dat goedkope leesbrillen prima reservebrillen zijn – ‘handig om er altijd eentje met je mee te nemen voor nood’ – geeft hij al mijn brillen een onvoldoende voor de kwaliteit van de glazen, de nauwkeurigheid van de aangegeven sterkte en de Pupil Distance. De bril die hij het mooist afgewerkt vindt, is er eentje die ik kocht bij een andere opticien: een Ofar Optical Quality. Op de tweede plaats komt een bril van de Action, die ik kocht voor € 0,95. Ook hier vindt hij de afwerking van het montuur niet slecht. Eentje van de Hema voor € 5, en mijn Icon leesbril voor € 13,95 scoren op afwerking onder de maat.

En wat zegt de oogtest?

Tot mijn schrik komt uit de test dat ik om te lezen voor mijn rechteroog +3,5 nodig heb en voor mijn linkeroog +3. Lui zal ik mijn ogen dus niet maken met mijn leesbrillen, maar dat verschil van een half is gewoon te groot; +3 is te weinig voor mijn rechteroog, +3,5 te veel voor mijn linkeroog. ‘Als u een bril met geslepen glazen, elk van precies de juiste sterkte, zou dragen om te lezen, bent u ’s avonds misschien wel veel minder moe’, zegt de opticien. Maar er komt nog iets uit de test, waar ik eigenlijk nog meer van schrik: voor veraf blijk ik ook een bril nodig te hebben: rechts +1,5 en links +1. Kortom ik heb een bril nodig voor de hele dag, óók wanneer ik autorijd. ‘Ik zou m’n kinderen binnenhouden als u mijn straat zou inrijden’, zegt de opticien. Hij maakt een grapje, maar ook weer niet. Hij zet me een bril op van +1 en laat me een nummerbord lezen van een auto die 30 meter verderop staat, zonder en met de bril. Zonder zie ik het niet, mét messcherp. Het advies: een multifocale bril; voor ver weg, om mee te lezen én om mee achter de computer te zitten. En die heb je al voor 150 euro. De opticien geeft me voorlopig een goedkoop +1 brilletje mee om op te zetten achter het stuur. ‘Wie weet gaat er een wereld voor u open.’

Lees ook deze bijlage
Dit is een bijlage van:
Lees meer over: Gezond doen

Registreer nu bij RADAR+

RADAR+ biedt waardevolle tips om gezond te blijven van lijf & geest! Maak nu een gratis account aan en lees meteen meer!

Registreer nu

Log in om de reacties te lezen (3)

hans van rheenen
08-11-2020 om 09:42

Met of zonder bril ... ik zie even de bomen door het bos niet meer.

Mijn huisarts verwees mij onlangs door naar de oogarts met een briefje waarop onduidelijk stond "dubbelzien, graag op staar testen". Na een uitgebreide test in het ziekenhuis, kreeg ik weer een briefje: "afspraak maken voor een staaroperatie".
Staaroperaties zijn weliswaar standaardoperaties, maar ik wilde niet net die éne op de duizend zijn, waarbij er iets fout gaat en besloot om zeker te gaan voor een second-opinion.
"Geen staar" was daarbij de duidelijke diagnose "u moet naar een orthoptist, u heeft MD". MD staat voor Monoculaire Diplopie en dat is zoiets als dubbelzien door scheelkijken omdat de balans tussen twee ogen niet goed gecorrigeerd wordt en door oefeningen bij een orhopdist mogelijk nog gecorrigeerd kan worden.
Ik ben nu uiteindelijk eerst maar naar de opticien gegaan en kreeg zoals in het artikel gezegd die bril van € 1.000,- met veel technische hoogstandjes in de plastik glazen (ècht glas is er ook en heet dan minerale glazen) en daarbij een montuurtje van € 250,-. Zekerheid is inclusieve: ik mag bij de opticiën deze twee individuele Rodenstock-superglazen twee maanden lang ruilen of helemaal teruggeven.
Ik kan nu altijd nog naar de orthoptist en heb ik dan een mooi en stevig merkmontuur zonder glazen als herinnering, toch?

Praat mee